In onze nieuwsbrief van juni 2021 hebben wij u laten weten dat er een akkoord werd bereikt over de verlenging van het rouwverlof. Dit was echter nog niet definitief, aangezien dit nog niet in het Belgisch Staatsblad was gepubliceerd.
De wet van 27 juni 2021 tot verlenging van het rouwverlof toegekend bij het overlijden van een partner of een kind en de versoepeling van het rouwverlof werd op 15 juli 2021 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
Overeenkomstig deze wet wordt het recht op klein verlet bij overlijden in een aantal situaties uitgebreid door een verhoging van het aantal dagen klein verlet en/of door een uitbreiding van de categorie werknemers die recht hebben op dit verlof. Dit zijn verlengingen die recht geven op loon ten laste van de werkgever.
Allereerst heeft de werknemer recht op 10 dagen rouwverlof met behoud van zijn normaal loon bij overlijden van zijn echtgenoot, samenwonende partner of kind (maar ook in geval van overlijden van het kind van de echtgenoot of samenwonende partner van de werknemer), waaronder:
- 3 dagen te kiezen door de werknemer in de periode die begint op de dag van overlijden en eindigt op de dag van de begrafenis en;
- 7 extra dagen te kiezen door de werknemer binnen een periode van één jaar vanaf de datum van overlijden.
Daarnaast heeft de werknemer ook recht op het volgende rouwverlof:
- 10 dagen bij overlijden van een in een pleeggezin geplaatst kind waarvoor de werknemer of zijn of haar echtgenoot of samenwonende partner pleegouder is of was in het kader van langdurige pleegzorg. Op te nemen tijdens of na de periode van langdurige pleegzorg onder dezelfde modaliteiten als rouwverlof bij overlijden van een echtgenoot, samenwonende partner of een kind.
- 3 dagen bij overlijden van een pleegouder van de werknemer in het kader van langdurige pleegzorg op het moment van overlijden, op te nemen in de periode die ingaat op de dag van overlijden en eindigend op de dag van de begrafenis.
- 1 dag bij overlijden van een in een pleeggezin geplaatst kind waarvan de werknemer of zijn of haar echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner pleegouder is, in het kader van een kortdurende pleegzorg, op het moment van overlijden. Op te nemen op de dag van de begrafenis.
Ook wordt voor alle vormen van rouwverlof bepaald dat op verzoek van de werknemer en met instemming van de werkgever kan worden afgeweken van de twee perioden waarin deze dagen moeten worden opgenomen.
Tot slot, in het geval dat de werknemer aan het einde van de periode van rouwverlof arbeidsongeschikt is, zal in bepaalde gevallen een aanrekening worden gedaan op de wettelijke periode van gewaarborgd loon.
Deze aanrekening vindt plaats wanneer de werknemer na de eerste, tweede of derde dag rouwverlof één of meer aaneengesloten dagen extra rouwverlof opneemt (max. 7) en onmiddellijk daarna ziek wordt. De aanrekening heeft tot gevolg dat de wettelijke duur van het gewaarborgd loon bij arbeidsongeschiktheid wordt verkort met het aantal extra rouwverlofdagen dat de werknemer onder deze voorwaarden heeft opgenomen. Extra dagen rouwverlof die worden toegekend op basis van een conventionele regeling, zoals een sectorale cao, worden niet in rekening gebracht.
Deze nieuwe regeling trad in werking tien dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad, d.w.z. op 25 juli 2021, en betreft sterfgevallen die zich vanaf die datum voordoen.
Bron: Wet van 27 juni 2021 tot verlenging van het rouwverlof bij overlijden van een partner of een kind en versoepeling van het rouwverlof, M.B. 15 juli 2021; werk.belgie.be
Heeft u vragen? Wenst u meer informatie over dit artikel? Neem gerust contact op met de juridische dienst!