Werknemers die ontslagen worden door de werkgever op het ogenblik dat zij minstens 45 jaar zijn, minstens 1 jaar ononderbroken anciënniteit hebben en een opzeggingstermijn van minder dan 30 weken hebben, komen in aanmerking voor een outplacementbegeleiding ten laste van de werkgever op basis van de bijzondere regeling voor 45-plussers (cao nr. 82bis).

 

 

In deze regeling moet de werkgever binnen een periode van 15 dagen na het einde van de arbeidsovereenkomst een schriftelijk outplacementaanbod aan de werknemer doen.

 

De werkgever is niet verplicht om een aanbod te doen aan werknemers die minder dan halftijds werken en werknemers die niet beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt. De werkgever moet het aanbod aan deze doelgroepen wel doen als de werknemer er uitdrukkelijk zelf om vraagt. Er is echter aangekondigd dat hier binnenkort ook verandering in komt voor wat betreft de werknemers die niet beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt. Wij houden u hierover verder op de hoogte.

 

Vanaf 1 december 2018 verandert de omschrijving van ‘niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt’ zijn:

  • Werknemers die op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of op het einde van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 42 jaar hebben;
  • SWT in het kader van onderneming in moeilijkheden of herstructurering en op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of op het einde van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 40 jaar hebben;
  • SWT om medische redenen (stelsel mindervaliden);
  • SWT (stelsel cao nr. 17) en op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of op het einde van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 42 jaar hebben;
  • SWT (stelsels nachtarbeid/zwaar beroep/arbeidsongeschiktheid PC 124, zwaar beroep en zeer lange loopbaan) en op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of op het einde van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 40 jaar hebben;
  • Werknemers ontslagen bij een werkgever behorend tot het PC stads- en streekvervoer (PC 328);
  • De gehandicapte werknemers ontslagen bij een werkgever van het PC voor de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven, uitgezonderd het omkaderingspersoneel;
  • De doelgroepwerknemers ontslagen door een sociale werkplaats of maatwerkbedrijf erkend of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap;
  • Werknemers in een doorstromingsprogramma.

 

Opgelet: voor arbeiders wordt met theoretische opzegtermijn de nieuwe opzeggingstermijnen van de Wet Eenheidsstatuut bedoeld en dit uitgedrukt in weken in functie van de totale anciënniteit van de arbeider. Deze fictieve opzegtermijn bestaat dus niet uit 2 delen.

 

 

Bronnen: Wetsontwerp houdende diverse arbeidsbepalingen, www.dekamer.be.; KB van 15 oktober 2018 tot wijziging van het KB van 21 oktober 2007 tot uitvoering van artikel 13, §3, 2°, van de wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers en tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van artikelen 7 en 9 van de wet van 17 mei 2007 houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008, B.S. 29 oktober 2018.

 

 

 

 

 

Heeft u nog vragen? Wenst u meer informatie over dit artikel? Neem gerust contact op met de juridische dienst!